Zondag 31 januari 2016
Ik ben niet degene die binnen blijft als de natuur besloten heeft om al haar krachten aan ons nietige mensen te tonen. Ik hou van het opboksen tegen de wind, de regen die je smoel geselt, het baggeren door modder en enkeldiepe plassen.
Daags voordien heeft het gehoosd en de natuur had de vorige massa regen nog niet helemaal verwerkt. Je weet dan dat er modder zal zijn, dat er passages zullen zijn waarbij je denkt ‘langs waar?’. Die lange duurloop staat echter op het menu en die kilometers haal je niet zomaar in op een ander moment. Met de Salomon Speedcross GTX opgesmukt met gaitors van hetzelfde merk sta ik klaar om er een lap op te geven. Na een tweetal kilometer begint het plezier. Modder, ongeziene hoeveelheden. Het maakt mij niet uit. Als je aan een wedstrijd deelneemt dan neem je die dingen er ook bij. Je kan dan maar beter voorbereid zijn, het allemaal al eens ondergaan hebben.
Beneden gekomen aan een pad moet ik rechts naar boven. We zitten in het Hageland en het gaat hier voortdurend op en af. Het is allemaal vrij pittig en de hoogtemeters tellen op. Het zijn de Ardennen niet maar om te trainen best oké. Het pad is een ramp. Hey, je vond het toch leuk om door die blubber te ploeteren? Ja, maar door de honderden mountainbikers en motorrijders is het pad wel echt volledig stuk gereden. Geen centimeter is gespaard. Een off the road motor maakt vreselijke geulen en heel wat van die mountainbikers hebben halve autobanden op liggen met een profiel waar je je hand in kan verbergen. Het nut ontsnapt me… Die motorrijders mogen hier zelfs niet komen. Ik heb dat al enkele keren gemeld maar natuurbehoud in Vlaanderen is een marginale zaak geworden. Je mag ook al blij zijn dat je van die gasten geen patat op je tronie krijgt als je een opmerking maakt. Als loper, trailer en wandelaar ben je de zwakke natuurgebruiker. Zorg maar dat je aan de kant gaat als ze er aan komen want ook hier blijkt dat het beste stukje gereserveerd is voor de gemechaniseerde ‘paden’gebruiker.
Hier geen beste stukje want alles is één zooi. Ik baan me een weg naar boven. Ik loop een mountainbiker voorbij die zich hopeloos heeft vastgereden. Hij staat te foeteren aan zijn stalen ros en gunt me een halve blik. Een blik, geen dag. Gelukkig zijn ze niet allemaal zo…
Ik zit op de zoveelste helling van het Chartreuzenbos. Deze is speciaal, het is een prachtige holle weg en doet me vaak aan de Ardennen denken. Door de hevige wind van de voorbije weken liggen bomen kriskras over het pad. Een pad dat op vele plaatsen geen pad meer is. Het water heeft zich verenigd in een beek die het pad heeft uitgesleten. Die schoenen zijn toch wel goed. Voordien had ik een GTX van Nike. Een vrij zware schoen, weliswaar met een hele goeie grip en onfeilbaar water- en modderdicht. Ze hielpen mij ooit een volledig uitgeregende OSO zonder problemen doorkomen. Veel doe je die dingen niet aan, alhoewel vorige winter toch wel meerdere keren. In elk geval kwam de waterdichte voering onderaan door de zool. Anders gezegd… dan toch versleten.
De Salomon is stukken lichter terwijl hij (tot nu toe) even water-en modderproof is. De grip is zelfs beter. De gaitors houden de troep die langs boven je schoen in wil kruipen, buiten. Goed materiaal is veel. Het maakt het trailen toch wel een stuk aangenamer. Diegenen die zeggen dat ze liever alles minimaal willen die mogen van mij gerust 4 uur in zeiknatte schoenen rondhotsen.
We zijn al even onderweg als ik het bos van Horst in loop. Hier geen paden maar brede lanen die door de vroegere kasteelheren werden aangelegd om makkelijk met hun paard op jacht te gaan. Langs die lanen staan statige bomen die het geheel een indrukwekkend aanzicht geven. Vlaanderen zou echter Vlaanderen niet zijn als mocht één of andere bende heikneuters beslist hebben om net nu aan bosonderhoud te gaan doen. Bosonderhoud wil zeggen dat men bomen omver keilt en die met een veel te zware tractor uit het bos haalt. Bomen zullen wel gerooid moeten worden en vervangen door jongere (alhoewel wel heel veel bomen tegen de vlakte gaan tegenwoordig) maar waarom je daar dergelijke machines voor nodig hebt om die uit het bos te halen? Ik loop er langs als op een richeltje. Een uitschuiver kan ik me niet permitteren want dat zou leiden tot slijk tot aan mijn knieën.
Eenmaal voorbij kasteel Horst kom ik met de neus in de wind. Vanaf nu is het vooral open vlakte waar regen en wind vrij spel hebben. Als ik later in mijn zetel zit dan probeer ik me voor de geest te halen waaraan ik onderweg heb zitten of lopen denken. Ik kan me dat eigenlijk nooit echt goed herinneren. Was ik aan het foeteren op al die modder? Was ik in gedachten bij de volgende trailwedstrijd? Probeerde ik te genieten van de omgeving? Het is net als met dromen. Wanneer je net wakker wordt dan kan je je misschien nog ietwat herinneren maar vijf minuten later is alles weg. Nog tien minuten en dan prop ik de laatste gel naar binnen. Ook dat is deel van de training, wennen aan al dat lekkers (ja, spottend bedoeld).
De laatste kilometer loopt grotendeels over verharde weg. Voldaan kom ik thuis. Er rest nog één enkele opdracht… die recupdrank naar binnen wurgen. Een ideale mix van koolhydraten,